Tag archieven: Oorlog

Wat zijn dit voor vragen? Vraag 2 van 6: komt er ooit nog oorlog?

Van de zomer viel mijn oog op een terugkerend artikel uit De Volkskrant. Er werden aan verschillende mensen steeds dezelfde zes vragen gesteld. Ik nam mij voor die vragen ook eens beantwoorden. Steeds één per blog.
Hier volgt de tweede Volkskrant vraag.
Vraag 2: Komt er ooit nog oorlog in Europa? Waarom wel/niet?
Wat is oorlog?
Het antwoord hangt van de definitie van oorlog af. Zoals het hier vermoedelijk is bedoeld, in de traditionele Tweede Wereldoorlog-zin, meen ik van niet. Het lijkt mij in die zin niet meer mogelijk. In ieder geval niet in West-Europa. We zijn het ontgroeid. We zijn volwassener geworden. Hoe zit dat?
Carl von Clausewitz
Het militair-strategische boek van de Duitse generaal Carl von Clausewitz (1780-1831), Vom Kriege, vertelt mij, dat oorlog door de eeuwen heen een politiek middel was om doelen te bereiken. Het boek kent als beknopte conclusie de beroemde stelling: “Oorlog is de voortzetting van politiek met andere middelen”. Waar de gebruikelijke middelen van de buitenlandse politiek falen, blijft de oorlog als enig machtsmiddel over, zo meent Von Clausewitz.
De ‘blokken’
Tot na de Tweede Wereldoorlog lagen de verhoudingen zo. Daarna kwam echter de Koude Oorlog. Tot een rechtstreeks treffen tussen de ‘blokken’ (het Westen en het Oostblok) kwam het niet. De risico’s van dit ‘politieke middel’ werden inmiddels te groot geacht. Lokale oorlogen werden nog wel gevoerd. De blokken waren daar politiek, financieel en soms militair bij betrokken. Denk aan Berlijn, Korea, Vietnam en de oorlogen in Afrika.
Ontwikkeling in de strijd
Ook zou je kunnen zeggen, als je de geschiedenis en de ontwikkeling van de mensheid bekijkt, dat er aanvankelijk alleen lokale strijd was. Mens tegen mens, stam tegen stam, vervolgens graafschap tegen graafschap (denk aan de Hoekse en Kabeljauwse twisten), daarna land tegen land, weer later groepen landen tegen een andere groepen landen (denk aan de geallieerden). Deze laatste vorm was tijdens de Tweede Wereldoorlog het geval. Na de oorlog volgden werelddelen tegen werelddelen (de ‘blokken’).

Allen tegen allen
De vraag is waar dit eindigt of wat de volgende stap in deze ontwikkeling zal zijn? In de literatuur kunnen we lezen dat hierna een strijd ‘van allen tegen allen’ volgt.
(Zie ook: http://www.parlement.com/id/vivadrmohaln/thomas_hobbes en
 http://ridzerdvandijk.wordpress.com/tag/oorlog-allen-tegen-allen/). Daar zijn wij nu, meen ik, aangekomen. Maar dan wel in mijn interpretatie: een strijd van allen tegen allen, is niet een echte oorlog, met legers en veldslagen, maar een dreiging, bijvoorbeeld van het terrorisme zoals we dat inmiddels kennen. Er ontstaan cellen, soms in onze eigen omgeving, die ondernemen actie om hun eigen, vaak ideologische redenen. En men vindt daarbij zelf ook vaak de dood. Je weet niet waar, niet wanneer, niet door wie en niet tegen wie.

Is er hoop?
Ik meen van wel. Kosmisch gezien zijn we bij het tijdperk Aquarius aanbeland. In de jaren zestig werd dat reeds bezongen in de musical Hair. Kenmerkend voor dit tijdperk is onder meer dat de mens er achter komt dat we allemaal van dezelfde bron afstammen, dat we één geheel zijn. En dat betekent dat als je iets van iemand afneemt, je dat in feite van jezelf afneemt. Dat geldt voor diefstal, maar ook voor oorlogen en pijn. Doe je iemand pijn, dan doe je jezelf pijn. Er is hoop, omdat men dit geleidelijk zal gaan doorzien. Strijd tegen iemand, is in feite dus een strijd tegen jezelf!

Wat zijn dit voor vragen? Vraag 1 van 6: zorgwekkende ontwikkeling.

Van de zomer viel mijn oog op een terugkerend artikel in De Volkskrant. Er werden aan verschillende mensen steeds dezelfde zes vragen gesteld. Ik nam mij voor die vragen zelf ook eens beantwoorden. Ik doe dat steeds één per blog.

Hier volgt de eerste Volkskrant vraag.

Over welke ontwikkeling maakt u zich het meeste zorgen?

Wat het eerste bij mij opkomt is de toenemende bureaucratie. Er zijn natuurlijk nog wel meer zorgen, zoals oorlog, terrorisme, martelingen, ontbossing, enzovoort. Maar ik wil het even hebben over wat het eerste in me opkomt.

Ik vind het zorgwekkend wat er allemaal aan regels wordt bedacht en hoe ze worden toegepast. Waar dan ook en door wie dan ook. En dan heb ik het nog niet over de vervolgens elkaar tegensprekende regels. Via mijn kinderen heb ik te maken met de regels voor het volgen van universitaire studies. Je weet niet wat je meemaakt: de brei aan regels is als een tsunami. Iemand die daarin goed de weg weet, heeft succes. En vervolgens wordt er over die regels en procedures alleen maar gemaild, inclusief de daarbij behorende fouten en miscommunicatie. Er is geen persoonlijk contact. Voortdurend komen er zodoende andere mensen aan het woord. Dat betekent dat bovenop al deze regels ook nog eens een zorgelijk communicatie issue aan het ontstaan is, om maar te zwijgen over de begripsverwarring.


Bovendien is dit een zorgelijke ontwikkeling omdat het wantrouwen in de hand werkt, respectievelijk vergroot. Men vertrouwt gezagdragers niet meer, de claimcultuur wordt in de hand gewerkt.

Onderwijs is dus zo’n voorbeeld. Docenten raken overwerkt, niet zozeer door de druk die lesgeven met zich meebrengt, die is immers van alle tijden, nee, het omgaan met de regeldruk is de belastende factor.

Op talloze andere gebieden is regelgeving ook alom aanwezig of in aantocht: de regelgeving over pensioenen, met alle onbegrip, starheid en soms gewoonweg domheid van dien. Hoe kun je over een ingewikkeld onderwerp als pensioenen communiceren, als er tegelijkertijd wordt geëist dat bepaalde juridische teksten dienen te worden gehanteerd?  Zomaar een voorbeeld. Waarin sprake van tegenspraak is. Toezichthouders schrijven van alles voor, risicomijdend en bang als ze zijn. Ik heb daar al eens eerder een blog aan gewijd.



Wat dacht je van de regelgeving uit ‘Europa’? Europa en de Europese Unie zijn wat mij betreft een prima idee, het vermijden van oorlog, het bevorderen van de economie, ik sta daar helemaal achter. Maar graag zonder de bureaucratie. Wie had kunnen bedenken dat deze tomeloze bureaucratie zou ontstaan. Een bureaucratie waar niemand iets aan schijnt te kunnen doen, de machthebbers accepteren het, stimuleren het zelfs. Het effect is dat de burger zich langzaam maar zeker van Europa afkeert en dat het oorspronkelijke grootse idee, één verenigd Europa, teloor gaat.