Onlangs zag ik een televisie programma over Leo Beenhakker, een voormalige voetbaltrainer. Hij blikte terug op zijn carrière. Mij viel in het bijzonder op zijn opmerking die hij over zijn pensionering uitsprak: als hij ’s avonds op zijn telefoon kijkt, ziet hij dat niemand gebeld heeft. Dat vind ik een interessante waarneming. Want hoe ga je, als je langzaam maar zeker afstand van je functies doet, daarmee om?
‘Je gaat toch wel iéts doen?
Als je met pensioen gaat roept iedereen in koor: En? Wat ga je doen? Je gaat toch wel iets dóen?
De gedachte die men daarbij heeft, is dat je vooral moet zien te vermijden dat je achter de geraniums belandt. Tegen elke prijs. Als de telefoon niet meer gaat of je helemaal geen berichten meer krijgt, ziet men dat als een bevestiging van het langzaam wegkwijnen. Het ultieme teken dat je er niet meer toe doet, niet meer scherp bent, er ‘geweest bent’. Hoe kom je de dag door, zo vraagt men zich af. Het zijn overigens altijd jongeren, nog niet gepensioneerden, die zich die vraag stellen. Ik moet erkennen, ik heb dat ook jaren gedaan.
Doen waar je zin in hebt
Er zijn mensen, gepensioneerden, die dat eigenlijk wel best vinden. Ze ‘doen’ waar ze zin in hebben. Ze reflecteren, mediteren, doen eigelijk niets, misschien met de kleinkinderen spelen als dat zo uitkomt, kortom ze willen alleen maar ‘zijn’.
Je kunt je afvragen wat daar mis mee is. Waarom zou je per se iets moeten dóen.
‘Entwerden’
Als je jong bent, ben je bezig te groeien, je bent als het ware aan het ‘worden’. ‘Wassen’, als een wassende maan, op weg naar volwassenheid. Als je ouder wordt, legt de maatschappij je op dat je moet blijven ‘worden’. De nadruk ligt daarbij op ‘doen’. Belangrijker lijkt mij om vooral te blijven groeien in de zin van ontwikkelen. Minder doen en de tijd nemen om te reflecteren is een vorm van ontwikkelen. Het gaat niet om ‘niets doen’, maar om ‘niet doen’.
Goethe sprak over entwerden. Dus als je ouder wordt, is het tijd om uiteindelijk niets meer te doen in de zin van ‘niet doen’, ‘loslaten’ zeggen we tegenwoordig. Naar binnen keren, reflecteren op je leven, op je ervaringen en ontwikkeling, op wat je hebt geleerd, wat je anders zou hebben gedaan.
Om ‘door de dag te komen’ kijk je aldus meer naar ‘binnen’. Als de telefoon niet meer gaat.