A Near Miss (16): oceaanzeilen (6 en slot)

Ik wens u, beste lezer, een heel gelukkig nieuwjaar!

In de reeks A Near Miss, is dit alweer de zestiende aflevering. Hier volgt deel 6 en het slot van het meerdelige relaas over mijn avontuur op de Atlantische Oceaan en de Golf van Biskaje in 2002. (Wilt u de vijftien eerdere blogs in deze rubriek lezen, A Near Miss 1 tot 15 en van 16 deel 1 tot en met 5? Typ dan de woorden ‘A Near Miss’ in de zoekfunctie in, als u mij nog kunt volgen:)
Hier volgt deel 6 en slot van de zestiende A Near Miss.

Deel 5 van deze serie eindigde dat zich onafwendbaar de conclusie zich aan mij opdrong dat ik het risico van deze tocht te groot vond worden. Ik beschreef dat ik besloot dat ik deze tocht niet langer zag zitten. 

Protest

(Een van de weinig rustige momenten. Tijd voor een foto.)

U begrijpt het al: ik besloot van boord te gaan. Mijn nieuwe Belgische vrienden protesteerde toen ik hen hen mijn overwegingen vertelde. Onder de huidige omstandigheden, met dit versleten en verwaarloosde schip was het mijns inziens onverantwoord de oversteek (nogmaals) te wagen. Ik sprak over de dingen die kapot gingen en waren, het gebrek aan diesel, de stak van diesel binnen in de kajuit met als gevolg zeeziekte, de lekkages waardoor de meeste kooien doorweekt waren, het hand gpsje als enig navigatiemiddel en nog een aantal zaken waar ik in de vorige blogs uitgebreid bij stil stond. Dit alles met de harde wind tegen, op de Golf van Biskaje.

Ratten

Bovendien, ik was hier niet voor hen. Ik was hier voor mijzelf, om ervaring met oceaanzeilen op te doen. Van in de steek laten was geen sprake. Ik zei hen dat ze naar mijn oordeel zeewaardig genoeg waren, om onder gunstigere omstandigheden, misschien later die maand, de boot alsnog veilig en wel naar België te varen.
De ratten verlaten het zinkend schip. Ik kan er niet omheen dat bij het vertrek deze gedachte door mijn hoofd schoot.

Ticket

Wat bij de beslissing om van boord te gaan hielp, was mijn ‘open retourticket’ naar Nederland. Een enkele reis heen was mij niet gelukt te boeken, een retourticket met open datum was de enige mogelijkheid. Ik zou daar natuurlijk geen gebruik van maken, mijn terugtocht zou immers over de Atlantische Oceaan en de Golf van Biskaje gaan. Nu ik besloot te stoppen, zou ik vanaf Lissabon of Madrid met dat ticket in de hand terug naar huis kunnen. Met een reisbureau ter plaatse, lukte het een terugvlucht vanuit Madrid op dat ticket te boeken.

Rioja

Met handen en voeten – Engels werd in Galicië nauwelijks gesproken – lukte het me een auto te huren. Ik pakte mijn spullen, nam afscheid van mijn Belgische vrienden en weg was ik. Juichend begon ik aan de ongeveer zevenhonderd kilometer lange tocht door Noord Spanje naar Madrid. 

In het binnenland nazomerde het, ik reed door glooiende landschappen, maakte stops en lunchte op terrasjes in pittoreske dorpjes, kortom, een heerlijke reis. Ik overnachtte in het middeleeuwse Spaanse stadje Segovia en zat ’s avonds op het sfeervolle Plaza Mayor van een glas Rioja te nippen. 

Stress

Dit was een feest! Het voelde goed nu alle gevaren waren geweken. Vond ik de oceaantocht en de Golf van Biskaje dan toch te spannend? Spannender dan ik wilde toegeven? Nee, dat was het niet. Ik zag andermaal voor me de kracht van de zee, de huizenhoge, alsmaar aanrollende golven, maar bang was ik niet. Het was het ‘zinkende schip’, de gedachte dat we dat hele eind over de Golf van Biskaje misschien daardoor niet zouden redden, wat mij vermoedelijk stress opleverde. Ik was blij met mijn beslissing het schip te hebben verlaten. 

Versleten

Wat betekende dit voortijdige vertrek voor mijn oceaanzeilen ambities? De wens naar de Azoren te zeilen? Had ik mijn les(je) geleerd?
Zoevend over de Spaanse snelwegen had ik alle tijd hierover na te denken.
Was ik sadder but wiser? De tocht voelde voor mij niet mislukt, in tegendeel, ik was er blij mee. Ik veranderde van koers, om het zo te zeggen. Ik oordeelde de boot als onvoldoende zeewaardig, althans voor de oversteek over de Golf van Biskaje onder deze barre weersomstandigheden: windkracht zes tot acht vanuit het noordoosten en dus tegen. Deze boot, die jaren als huurboot in Griekenland functioneerde, was niet langer geschikt voor zeezeilen. Hij was gewoon op. Versleten. 

Les(je)

Was ik zelf zeewaardig genoeg? Ik vertrouwde mijzelf niet helemaal meer op het punt van zeeziekte, alhoewel dat na verloop van een aantal dagen doorgaans weer overgaat. De reis bevestigde mijn sluimerende, onuitgesproken gevoel dat ik vooral havenplaatsjes wilde aandoen en dus  slechts af en toe op zee wilde zijn. Dat was het: op zee zijn was voor mij een middel tot een doel, niet een doel op zich. Het doel was van haven naar haven, ‘s avonds een biertje of een glas wijn op een terras, ‘s ochtends een lekkere cappuccino, bij voorkeur uitkijkend op de haven en alles wart zich daar afspeelt. De oceaan hoefde niet voor mij. Ik concludeerde dat ik van de wens naar de Azoren te zeilen was genezen. Dus ja, ik had mijn les(je) geleerd. Missie geslaagd!

De volgende dag leverde ik bijtijds de auto in op Madrid Aeropuerto en vloog – nog steeds juichend – naar huis. 

Succes

En de Belgen? Ik vernam later dat ook zij naar huis waren gegaan en ruim een maand later, bij rustig weer en gunstige wind alsnog de tocht met succes afrondde.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *